Watervallen!!!
Door: PiPi en Pipelori
12 Oktober 2007 | El Salvador, Juayúa
Na een leuke maar wat gezapige tijd in Guatemala was het tijd voor wat meer actie. In El Salvador streken we neer in Juayúa (spreek uit: waa-joe-aa), een dorpje op 1000 meter hoogte midden in prachtige groene heuvels. We waren te gast in een enorm sfeervol, schoon hotel gerund door Cesar, een El Salvadoriaan, en zijn Deense vriendin, Jenna. Als waakhond fungeerde Edi, een eigenwijze boxer. Vanuit het hotel organiseerde Cesar en Jenna verschillende hikes. Je kon onder andere de "Zeven Watervallentocht" en een hike naar geisers en hotsprings lopen. Als eerste liepen we de Zeven Watervallentocht:
Om 6.30 uur deed de bel een poging om de nog slapende mensen wakker te krijgen. Edi schoot blaffend naar de deur gevolg door Jenna. Ze kwam terug in gezelschap van een jongen gekleed in een spijkerbroek en het blauwe uitshirt van Brazilië. De baseballcap zat achterstevoren. Hij stelde zich voor als Mario en was onze gids voor vandaag. Hij kreeg de door Jenna goed gevulde blauwe rugzak met onze brunch om zijn schouders gehangen.
Gedrieën liepen we door de straatjes van Juayúa. Mario vroeg ons bij de bakker even te wachten. Met een al voor hem gereedstaande grote witte plastic zak vol met broodjes kwam hij weer naar buiten. Dat was een hoop eten voor ons! We liepen door en kwamen na vijf minuten op brede zandweg met kleine keien. Een hondje sloot zich bij ons aan. Mario vertelde dat hij van hem was. Iets verderop dook Mario, met ons in zijn kielzog, linksaf een groot erf op. Het eerste wat hier opviel waren de vele aanwezige dieren. Een stuk of vijf klaarblijkelijk onder de vlooien zittende hondjes getuige het oneindige krabben wat ze deden, wat loslopende kippen, een haan, een gans en in een bouwvallig hok zaten wat kippen en konijnen die zo te zien rond de kerst op tafel zouden staan. Er stonden wat bomen en op het gehele erf was de harde aarde voorzien van een laagje groen mos. Er stonden drie van hout en hele en halve golfplaten inclusief roest in elkaar geknutselde hokken die als vertrek dienden. Onder de dakgoot stonden drie lege olievaten waarin het regenwater werd opgevangen. Welkom in Mario's casa!
In de keuken, een van de hokken, stond zijn moeder te koken. De papa van Mario was op dit tijdstip ook nog thuis en zijn in totaal vijf broers en zussen eveneens. Er werden twee stoelen buiten gezet waarop we konden uitrusten...we hadden dan ook al bijna een kwartier gelopen! De zitjes waren niet van het laatste nieuwe model, maar ja we gingen toch niet zitten. We keken rond op het erf en maakten foto's. Mario bezorgde de zak met zojuist gehaalde broodjes bij zijn moeder. Het was dus niet voor ons bestemd. Na een 20 minuten-stop vervolgden we, in gezelschap van een broer, een zus, en twee van de hondjes (waaronder het hondje dat ons op het brede zandpad gezelschap had gehouden) onze weg. De zus had een blauw rugzakje terwijl de broer een groot hakmes en twee bossen touw meetorste. Een touw had de dikte van een touwtrektouw, het gele was wat dunner. Met Mario, die ook zijn hakmes opgehaald had, voorop, gevolgd door Pipelori, PiPi, zus en broer liepen we het erf af en daalden langzaam af. Onderweg wees Mario verschillende planten aan waar hij wat over vertelde. Voor het eerst zagen we hoe een ananas groeide. We kwamen weer terug op het brede zandpad.
Een stuk verderop sloegen we linksaf een voor onze ogen verborgen paadje in. Na een stuk stijgen waren we links en rechts omsingeld door koffieplanten. Mario stopte en legde het een en ander uit over deze planten. Verderop werd de begroeiing ingeruild voor bomen en kwamen we in de jungle terecht. We moesten door de struiken zigzaggend Mario zien te volgen. De tocht was tot zover goed te doen. Afwisselend liepen we omhoog en daalden we af. Een prettige afwisseling. Ook het feit dat we in de schaduw van de dichte begroeiing liepen maakte het aangenaam. De hondjes, die de weg duidelijk kenden, hadden het ook naar hun zin. Iedere keer werd je door ze ingehaald en liepen ze een stuk vooruit. Ze wachtten ergens totdat de optocht voorbij was en begonnen dan hun inhaalrace opnieuw. Wanneer je ze niet zag dan was het een slechts een kwestie van tijd totdat ze weer voorbij snelden. Langzaamaan werd het wat steiler. Afdalen werd gevaarlijker omdat het overal, als gevolg van de vele regen die in de namiddag en avond in het huidige regenseizoen viel, modderig en glibberig was. Pipelori kreeg een stok aangereikt en kon zodoende wat veiliger afdalen. PiPi, die tot zover de camera in zijn hand had gedragen, borg het fototoestel wijselijk op in de rugzak. We volgden het smalle paadje totdat we na een tijdje water hoorden lopen. Langzaamaan zwol het geluid aan. We kwamen uit bij een rivier die we stroomopwaarts moesten volgen.
De Pipelori stapte als eerste in de rivier. Die was dieper dan ze dacht zodat ze meteen natte voeten had. PiPi nam een andere route en informeerde zijn maatje na 20 meter triomfantelijk dat hij nog droog stond. Het was echter snel gedaan met PiPi's droge schoenen. We waadden door de rivier stappend op en over kleine en grote keien. Na een tijdje zagen we aan de linkerkant de eerste waterval opdoemen. Mario stopte en vertelde dat we hier omhoog moesten. Voor zover we nog geen natte voeten hadden gingen we ze nu wel krijgen! Mario beklom de waterval, bevestigde het touwtrektouw aan een boom en gooide het naar beneden. We moesten we ons door de waterval omhoog hijsen. De Pipelori ging als eerste. Broer, zus en de hondjes bleven beneden. Toen we samen halverwege stonden moesten we de waterval langs het door Mario inmiddels opgespannen gele touw oversteken. Nadat we hier allebei in geslaagd waren werd het touw los gemaakt en verderop, tussen de twee oevers van de rivier, opnieuw bevestigd. Bij het oversteken moesten we dit als houvast gebruiken om niet uit te glijden. Wederom klaarde Pipelori de klus als eerste. Aan de overkant hurkte Pipelori op een rustige plek in het heuphoge water om haar van moddervlekken voorziene surfshort te wassen. Meteen besloot ze dat het tijd was voor een plasje. PiPi vond het een prima idee en piste lekker mee.
Mario was ons inmiddels voorbij gegaan en had het gele touw verderop al weer vastgemaakt. Ons vasthoudend trachtten we niet op de gladde, met mos begroeide, rotsen uit te glijden. Eenmaal boven zagen we de tweede waterval. Onderaan stond een kleine regenboog veroorzaakt door de zon die erop scheen. Het was prachtig om te zien. Na wat foto's volgden we de rivier en watervallen in omgekeerde volgorde totdat we weer bij de nog steeds wachtende zus en broer waren. Gezamenlijk daalden we de rivier af en staken van rechts naar links over. Het kleinste hondje had moeite om de rivier over te steken. Hij was bang voor de stroming van het water en begon te janken. Mario wees hem het ondiepere gedeelte waar hij moest oversteken. Stijf van de zenuwen zette hij zijn pootjes in het water maar de stroming was toch te sterk voor het kleine beestje en trok hem een stuk mee. Inmiddels had PiPi zijn schoenen een voor een uitgedaan om ze in de rivier van het inmiddels rijkelijk aanwezige zand en kleine steentjes te ontdoen. Uiteindelijk was het hondje er geslaagd om aan de overkant te komen.
Mario ging iedereen voor bij het steile paadje dat omhoog liep. PiPi vond ergens een te kleine stok. Beter een te korte dan helemaal geen. Na een stuk klimmen daalden we weer af en werd het vlakker. Het parcours was lastig. De vele takken en boomwortels op de grond zorgden ervoor dat je goed moest kijken waar je je voeten wegzette. PiPi liep vlak achter de Pipelori en zag dat ze onderuit gleed en toevalligerwijs met haar kont op een omgevallen boom terecht kwam. Niet veel later glibberde ze, ondanks haar stok, opnieuw onderuit met een zwarte blubberkont tot gevolg. Nadat we weer al een tijdje het geluid van water hoorden kwamen we weer in de rivier uit en keken we tegen de derde waterval aan. Deze was wat minder breed dan de tweede maar wel een stuk hoger. We dronken wat water en haalden een banaantje uit de rugzak. We hadden precies op het juiste moment gegeten wat we vervolgden onze tocht met een flink stuk stijgen. In het begin liepen we nog tussen de bomen maar later kwamen we in de felle zon terecht waardoor we allebei flink begonnen te zweten. Hierna daalden we weer af en rond 10.00 uur meldde de vierde waterval zich. Voor de waterval was een soort kniediep bassin van waaruit het water zich weer met donderend geraas een weg verder naar beneden zocht. Aan de zijkant groeiden planten met mooie rode bloemen.
De drie El Salvadoreanen deden hun spullen af. Het was tijd voor de brunch. Uit de blauwe rugzak kwam ons eten. De groenten werden door Mario en zijn broer gesneden op een meegebracht snijplankje gesneden. We aten prima broodjes belegd met ui, tomaat, paprika en avocado. Ook de koffie ontbrak niet. De trouwe hondjes kregen brood, veel brood van de Pipelori. Ze maakte alles op. PiPi spoelde wederom zijn schoenen af en vulde een koffiemok met water die hij neerzette voor de hondjes. Ze waren een beetje bang en duidelijk niet gewend om aandacht te krijgen. Een van de hondjes, een lelijk mager scharminkel met zweren bij zijn oren, had na al het brood een volle buik en ging liggen tukken. De andere, Mario's kameraadje, hield ons op zijn rotsblok goed in de gaten.
Na een half uurtje waren weer klaar om te gaan. Tot onze verrassing was de vijfde waterval min of meer om de hoek. Dit was de breedste tot nu toe en het bassin ervoor was gevuld met prachtig blauw water. De zus klom over het randje en ging zwemmen. Met kleren en al volgde PiPi haar voorbeeld. Daarna ging hij onder de waterval staan. Pipelori registreerde alles. Na een kwartiertje liepen we door. Over een pad met stenen kwamen we al snel bij de grootste waterval tot nu toen. Er zaten lokale mensen in hun onderbroek en jochies sprongen van behoorlijk hoog naar beneden, het bassin in. Na weer de nodige foto's liepen we een stuk door. We kwamen op een splitsing. Mario stelde ons voor de keuze: wilden we naar boven of beneden lopen. We kozen boven langs. Tussen de bomen door zagen we wat verderop wederom een waterval liggen, de laatste van vandaag. Vanaf het uitzichtpunt wat we hadden was het niet zo mooi. We hadden beter voor de weg naar beneden kunnen kiezen. We kwamen een hek door en liepen niet veel later weer op een breed pad waar we opeens rechtsaf sloegen. Al snel herkenden we het paadje van vanochtend naar Mario's huis. Daar werden dezelfde twee stoelen weer tevoorschijn gehaald. Dit keer gingen we wel zitten. Nadat we zus en broer bedankt hadden bracht Mario ons thuis.
Na deze hike namen we de bus naar Apaneca waar we zelf een wandeling naar twee lagunas (Laguna Las Nimfas en Laguna Verde) in de bergen ondernamen. Op deze dag werden we tot drie keer toe verrast door de gastvrijheid van de El Salvadoreanen: ongevraagd stopten ze bij ons en boden ze ons een lift aan. Hup, achterin de pick-up! Super om in zo'n land gast te mogen zijn! Het Spaans oefenen met de lokale bevolking was wel lastig aangezien men hier een stuk "rapido-er" praat. Wanneer je vroeg om wat langzamer te spreken dan was men dit binnen twee zinnen al weer vergeten en konden we het verhaal maar half volgen. Dat maakte ons niet uit. De spontaniteit, hartelijkheid en hulpvaardigheid van de mensen was hier van een hoog niveau!
Als tweede hike liepen we met Cesar en vier anderen mee naar de geisers en hotsprings. Het was een prachtige tocht door koffieplantages, jungle, bergen, rivieren en modder. Hoogtepunten hier waren Pipelori's blubberpoten en PiPi's eenzame verblijf in de hotsprings. Voor de andere watjes was het te warm!
Vanuit Juayúa busten we naar Tacuba waar we bij Manolo te gast waren. Hier was het wat minder schoon maar het feit dat je bij de familie in huis woonde en aan dezelfde tafel at maakte het speciaal. Net zoals bij Mario leefden hier veel dieren. Twee poezen die regelmatig door de hond achterna gezeten werden, een schildpad die bij het ontbijt door de keuken liep, de eendjes die in de wastijl badderden en een papegaai die geluid maakte. Het spreekt voor zich dat we dat helemaal top vonden! Manolo organiseerde ook hikes en uit zijn aanbod kozen we voor "Las Cascadas" (de watervallen). Nadat we eerst een uur achterin de laadbak van zijn pick-up wakker gestuiterd waren begonnen we aan de tocht.
Het eerste uur was het voornamelijk afdalen door koffieplantages en jungle. Toen we bij een riviertje kwamen werd het steiler. We volgden de rivier stroomafwaarts. De rivier mondde uit in een bredere rivier die we vervolgens volgden. Na een kwartier trok Manolo zijn kleren uit. Wij, Matthias en Sina, onze Duitse buren die we in Juayúa ontmoet hadden en met wie we meegereisd waren, volgden zijn voorbeeld. Onze kleding ging bij de camera in onze rugzak en werd door een gids meegedragen. Helaas konden we nu geen foto's nemen. Na de eerste drie sprongen, variërend van een tot drie meter, van de rotsen in het koude water kwamen we bij een cenote. Eerst moesten we op de glibberige stenen half zittend half hurkend een stuk afdalen. Manolo stond erop dat de dames in een harnas via de glibberige rotsen zes meter abseilden. De mannen mochten hun waaghalzerij ten toon spreiden en naar beneden jumpen.
Onderweg kwamen we nog twee door de rotsen uitgehouwen glijbanen tegen die we met veel lol afgleden. Aan de rechterkant van de rivier hadden Manolo en zijn gids het blauwe abseiltouw opgespannen. Het was bijzonder steil, glibberig en gevaarlijk. Het maakte niet uit wat voor schoenen je hier droeg, ze hadden toch geen houvast! Een voor een kwamen we in de rivier terecht die we overstaken. De Pipelori ging voorop en klom een stuk omhoog achter Manolo aan. Die ging zitten en vroeg Pipelori naast hem te komen zitten. Ze bungelde met haar beentjes over een clif en had het gevoel alsof ze in een eindeloze diepte staarde waar een bulderende waterval naar beneden stortte. Vijf minuten duurde het voordat de groep weer bijeen was en Manolo duidelijk had gemaakt dat we hier naar beneden gingen. Dit zorgde ervoor dat Pipelori's spieren aangespannen werden en haar lichaam een weerstand opbouwde. Manolo merkte de gespannenheid op en vertelde dat dat er ook een andere route was. Hier ging de Pipelori op in en zocht een plekje zonder uitzicht. PiPi begon als eerste aan de afdaling van de 60 meter hoge waterval. Het was min of meer naar beneden klauteren over de glibberige rotsen waarbij je zelf het touw moest vasthouden. Gezekerd? Nee! Bijna beneden aan de waterval zagen we elkaar weer en was het tijd voor PiPi's laatste sprong: 10 meter. Manolo hield hem goed vast en dat was maar goed ook. PiPi gleed uit bij een poging houvast te zoeken en had de 10 meter zomaar over de rotsen naar beneden kunnen stuiteren. Onmiddellijk kroop de angst in zijn lichaam. Toen hij sprong moest er dan ook een gil uit. Hierna verlieten we de rivier en was het tijd om weer omhoog te klimmen. Het regende inmiddels en binnen de kortste keren waren we drijfnat. Niet alleen vanwege de regen maar ook vanwege het zweet door de hoge luchtvochtigheid in de jungle.
Kijk ten slotte mee hoe PiPi een waterval beklimt en kijk mee hoe het uitzicht op Manolo en naar beneden was bovenaan de 60 meter waterval.
PiPi en Pipelori
Om 6.30 uur deed de bel een poging om de nog slapende mensen wakker te krijgen. Edi schoot blaffend naar de deur gevolg door Jenna. Ze kwam terug in gezelschap van een jongen gekleed in een spijkerbroek en het blauwe uitshirt van Brazilië. De baseballcap zat achterstevoren. Hij stelde zich voor als Mario en was onze gids voor vandaag. Hij kreeg de door Jenna goed gevulde blauwe rugzak met onze brunch om zijn schouders gehangen.
Gedrieën liepen we door de straatjes van Juayúa. Mario vroeg ons bij de bakker even te wachten. Met een al voor hem gereedstaande grote witte plastic zak vol met broodjes kwam hij weer naar buiten. Dat was een hoop eten voor ons! We liepen door en kwamen na vijf minuten op brede zandweg met kleine keien. Een hondje sloot zich bij ons aan. Mario vertelde dat hij van hem was. Iets verderop dook Mario, met ons in zijn kielzog, linksaf een groot erf op. Het eerste wat hier opviel waren de vele aanwezige dieren. Een stuk of vijf klaarblijkelijk onder de vlooien zittende hondjes getuige het oneindige krabben wat ze deden, wat loslopende kippen, een haan, een gans en in een bouwvallig hok zaten wat kippen en konijnen die zo te zien rond de kerst op tafel zouden staan. Er stonden wat bomen en op het gehele erf was de harde aarde voorzien van een laagje groen mos. Er stonden drie van hout en hele en halve golfplaten inclusief roest in elkaar geknutselde hokken die als vertrek dienden. Onder de dakgoot stonden drie lege olievaten waarin het regenwater werd opgevangen. Welkom in Mario's casa!
In de keuken, een van de hokken, stond zijn moeder te koken. De papa van Mario was op dit tijdstip ook nog thuis en zijn in totaal vijf broers en zussen eveneens. Er werden twee stoelen buiten gezet waarop we konden uitrusten...we hadden dan ook al bijna een kwartier gelopen! De zitjes waren niet van het laatste nieuwe model, maar ja we gingen toch niet zitten. We keken rond op het erf en maakten foto's. Mario bezorgde de zak met zojuist gehaalde broodjes bij zijn moeder. Het was dus niet voor ons bestemd. Na een 20 minuten-stop vervolgden we, in gezelschap van een broer, een zus, en twee van de hondjes (waaronder het hondje dat ons op het brede zandpad gezelschap had gehouden) onze weg. De zus had een blauw rugzakje terwijl de broer een groot hakmes en twee bossen touw meetorste. Een touw had de dikte van een touwtrektouw, het gele was wat dunner. Met Mario, die ook zijn hakmes opgehaald had, voorop, gevolgd door Pipelori, PiPi, zus en broer liepen we het erf af en daalden langzaam af. Onderweg wees Mario verschillende planten aan waar hij wat over vertelde. Voor het eerst zagen we hoe een ananas groeide. We kwamen weer terug op het brede zandpad.
Een stuk verderop sloegen we linksaf een voor onze ogen verborgen paadje in. Na een stuk stijgen waren we links en rechts omsingeld door koffieplanten. Mario stopte en legde het een en ander uit over deze planten. Verderop werd de begroeiing ingeruild voor bomen en kwamen we in de jungle terecht. We moesten door de struiken zigzaggend Mario zien te volgen. De tocht was tot zover goed te doen. Afwisselend liepen we omhoog en daalden we af. Een prettige afwisseling. Ook het feit dat we in de schaduw van de dichte begroeiing liepen maakte het aangenaam. De hondjes, die de weg duidelijk kenden, hadden het ook naar hun zin. Iedere keer werd je door ze ingehaald en liepen ze een stuk vooruit. Ze wachtten ergens totdat de optocht voorbij was en begonnen dan hun inhaalrace opnieuw. Wanneer je ze niet zag dan was het een slechts een kwestie van tijd totdat ze weer voorbij snelden. Langzaamaan werd het wat steiler. Afdalen werd gevaarlijker omdat het overal, als gevolg van de vele regen die in de namiddag en avond in het huidige regenseizoen viel, modderig en glibberig was. Pipelori kreeg een stok aangereikt en kon zodoende wat veiliger afdalen. PiPi, die tot zover de camera in zijn hand had gedragen, borg het fototoestel wijselijk op in de rugzak. We volgden het smalle paadje totdat we na een tijdje water hoorden lopen. Langzaamaan zwol het geluid aan. We kwamen uit bij een rivier die we stroomopwaarts moesten volgen.
De Pipelori stapte als eerste in de rivier. Die was dieper dan ze dacht zodat ze meteen natte voeten had. PiPi nam een andere route en informeerde zijn maatje na 20 meter triomfantelijk dat hij nog droog stond. Het was echter snel gedaan met PiPi's droge schoenen. We waadden door de rivier stappend op en over kleine en grote keien. Na een tijdje zagen we aan de linkerkant de eerste waterval opdoemen. Mario stopte en vertelde dat we hier omhoog moesten. Voor zover we nog geen natte voeten hadden gingen we ze nu wel krijgen! Mario beklom de waterval, bevestigde het touwtrektouw aan een boom en gooide het naar beneden. We moesten we ons door de waterval omhoog hijsen. De Pipelori ging als eerste. Broer, zus en de hondjes bleven beneden. Toen we samen halverwege stonden moesten we de waterval langs het door Mario inmiddels opgespannen gele touw oversteken. Nadat we hier allebei in geslaagd waren werd het touw los gemaakt en verderop, tussen de twee oevers van de rivier, opnieuw bevestigd. Bij het oversteken moesten we dit als houvast gebruiken om niet uit te glijden. Wederom klaarde Pipelori de klus als eerste. Aan de overkant hurkte Pipelori op een rustige plek in het heuphoge water om haar van moddervlekken voorziene surfshort te wassen. Meteen besloot ze dat het tijd was voor een plasje. PiPi vond het een prima idee en piste lekker mee.
Mario was ons inmiddels voorbij gegaan en had het gele touw verderop al weer vastgemaakt. Ons vasthoudend trachtten we niet op de gladde, met mos begroeide, rotsen uit te glijden. Eenmaal boven zagen we de tweede waterval. Onderaan stond een kleine regenboog veroorzaakt door de zon die erop scheen. Het was prachtig om te zien. Na wat foto's volgden we de rivier en watervallen in omgekeerde volgorde totdat we weer bij de nog steeds wachtende zus en broer waren. Gezamenlijk daalden we de rivier af en staken van rechts naar links over. Het kleinste hondje had moeite om de rivier over te steken. Hij was bang voor de stroming van het water en begon te janken. Mario wees hem het ondiepere gedeelte waar hij moest oversteken. Stijf van de zenuwen zette hij zijn pootjes in het water maar de stroming was toch te sterk voor het kleine beestje en trok hem een stuk mee. Inmiddels had PiPi zijn schoenen een voor een uitgedaan om ze in de rivier van het inmiddels rijkelijk aanwezige zand en kleine steentjes te ontdoen. Uiteindelijk was het hondje er geslaagd om aan de overkant te komen.
Mario ging iedereen voor bij het steile paadje dat omhoog liep. PiPi vond ergens een te kleine stok. Beter een te korte dan helemaal geen. Na een stuk klimmen daalden we weer af en werd het vlakker. Het parcours was lastig. De vele takken en boomwortels op de grond zorgden ervoor dat je goed moest kijken waar je je voeten wegzette. PiPi liep vlak achter de Pipelori en zag dat ze onderuit gleed en toevalligerwijs met haar kont op een omgevallen boom terecht kwam. Niet veel later glibberde ze, ondanks haar stok, opnieuw onderuit met een zwarte blubberkont tot gevolg. Nadat we weer al een tijdje het geluid van water hoorden kwamen we weer in de rivier uit en keken we tegen de derde waterval aan. Deze was wat minder breed dan de tweede maar wel een stuk hoger. We dronken wat water en haalden een banaantje uit de rugzak. We hadden precies op het juiste moment gegeten wat we vervolgden onze tocht met een flink stuk stijgen. In het begin liepen we nog tussen de bomen maar later kwamen we in de felle zon terecht waardoor we allebei flink begonnen te zweten. Hierna daalden we weer af en rond 10.00 uur meldde de vierde waterval zich. Voor de waterval was een soort kniediep bassin van waaruit het water zich weer met donderend geraas een weg verder naar beneden zocht. Aan de zijkant groeiden planten met mooie rode bloemen.
De drie El Salvadoreanen deden hun spullen af. Het was tijd voor de brunch. Uit de blauwe rugzak kwam ons eten. De groenten werden door Mario en zijn broer gesneden op een meegebracht snijplankje gesneden. We aten prima broodjes belegd met ui, tomaat, paprika en avocado. Ook de koffie ontbrak niet. De trouwe hondjes kregen brood, veel brood van de Pipelori. Ze maakte alles op. PiPi spoelde wederom zijn schoenen af en vulde een koffiemok met water die hij neerzette voor de hondjes. Ze waren een beetje bang en duidelijk niet gewend om aandacht te krijgen. Een van de hondjes, een lelijk mager scharminkel met zweren bij zijn oren, had na al het brood een volle buik en ging liggen tukken. De andere, Mario's kameraadje, hield ons op zijn rotsblok goed in de gaten.
Na een half uurtje waren weer klaar om te gaan. Tot onze verrassing was de vijfde waterval min of meer om de hoek. Dit was de breedste tot nu toe en het bassin ervoor was gevuld met prachtig blauw water. De zus klom over het randje en ging zwemmen. Met kleren en al volgde PiPi haar voorbeeld. Daarna ging hij onder de waterval staan. Pipelori registreerde alles. Na een kwartiertje liepen we door. Over een pad met stenen kwamen we al snel bij de grootste waterval tot nu toen. Er zaten lokale mensen in hun onderbroek en jochies sprongen van behoorlijk hoog naar beneden, het bassin in. Na weer de nodige foto's liepen we een stuk door. We kwamen op een splitsing. Mario stelde ons voor de keuze: wilden we naar boven of beneden lopen. We kozen boven langs. Tussen de bomen door zagen we wat verderop wederom een waterval liggen, de laatste van vandaag. Vanaf het uitzichtpunt wat we hadden was het niet zo mooi. We hadden beter voor de weg naar beneden kunnen kiezen. We kwamen een hek door en liepen niet veel later weer op een breed pad waar we opeens rechtsaf sloegen. Al snel herkenden we het paadje van vanochtend naar Mario's huis. Daar werden dezelfde twee stoelen weer tevoorschijn gehaald. Dit keer gingen we wel zitten. Nadat we zus en broer bedankt hadden bracht Mario ons thuis.
Na deze hike namen we de bus naar Apaneca waar we zelf een wandeling naar twee lagunas (Laguna Las Nimfas en Laguna Verde) in de bergen ondernamen. Op deze dag werden we tot drie keer toe verrast door de gastvrijheid van de El Salvadoreanen: ongevraagd stopten ze bij ons en boden ze ons een lift aan. Hup, achterin de pick-up! Super om in zo'n land gast te mogen zijn! Het Spaans oefenen met de lokale bevolking was wel lastig aangezien men hier een stuk "rapido-er" praat. Wanneer je vroeg om wat langzamer te spreken dan was men dit binnen twee zinnen al weer vergeten en konden we het verhaal maar half volgen. Dat maakte ons niet uit. De spontaniteit, hartelijkheid en hulpvaardigheid van de mensen was hier van een hoog niveau!
Als tweede hike liepen we met Cesar en vier anderen mee naar de geisers en hotsprings. Het was een prachtige tocht door koffieplantages, jungle, bergen, rivieren en modder. Hoogtepunten hier waren Pipelori's blubberpoten en PiPi's eenzame verblijf in de hotsprings. Voor de andere watjes was het te warm!
Vanuit Juayúa busten we naar Tacuba waar we bij Manolo te gast waren. Hier was het wat minder schoon maar het feit dat je bij de familie in huis woonde en aan dezelfde tafel at maakte het speciaal. Net zoals bij Mario leefden hier veel dieren. Twee poezen die regelmatig door de hond achterna gezeten werden, een schildpad die bij het ontbijt door de keuken liep, de eendjes die in de wastijl badderden en een papegaai die geluid maakte. Het spreekt voor zich dat we dat helemaal top vonden! Manolo organiseerde ook hikes en uit zijn aanbod kozen we voor "Las Cascadas" (de watervallen). Nadat we eerst een uur achterin de laadbak van zijn pick-up wakker gestuiterd waren begonnen we aan de tocht.
Het eerste uur was het voornamelijk afdalen door koffieplantages en jungle. Toen we bij een riviertje kwamen werd het steiler. We volgden de rivier stroomafwaarts. De rivier mondde uit in een bredere rivier die we vervolgens volgden. Na een kwartier trok Manolo zijn kleren uit. Wij, Matthias en Sina, onze Duitse buren die we in Juayúa ontmoet hadden en met wie we meegereisd waren, volgden zijn voorbeeld. Onze kleding ging bij de camera in onze rugzak en werd door een gids meegedragen. Helaas konden we nu geen foto's nemen. Na de eerste drie sprongen, variërend van een tot drie meter, van de rotsen in het koude water kwamen we bij een cenote. Eerst moesten we op de glibberige stenen half zittend half hurkend een stuk afdalen. Manolo stond erop dat de dames in een harnas via de glibberige rotsen zes meter abseilden. De mannen mochten hun waaghalzerij ten toon spreiden en naar beneden jumpen.
Onderweg kwamen we nog twee door de rotsen uitgehouwen glijbanen tegen die we met veel lol afgleden. Aan de rechterkant van de rivier hadden Manolo en zijn gids het blauwe abseiltouw opgespannen. Het was bijzonder steil, glibberig en gevaarlijk. Het maakte niet uit wat voor schoenen je hier droeg, ze hadden toch geen houvast! Een voor een kwamen we in de rivier terecht die we overstaken. De Pipelori ging voorop en klom een stuk omhoog achter Manolo aan. Die ging zitten en vroeg Pipelori naast hem te komen zitten. Ze bungelde met haar beentjes over een clif en had het gevoel alsof ze in een eindeloze diepte staarde waar een bulderende waterval naar beneden stortte. Vijf minuten duurde het voordat de groep weer bijeen was en Manolo duidelijk had gemaakt dat we hier naar beneden gingen. Dit zorgde ervoor dat Pipelori's spieren aangespannen werden en haar lichaam een weerstand opbouwde. Manolo merkte de gespannenheid op en vertelde dat dat er ook een andere route was. Hier ging de Pipelori op in en zocht een plekje zonder uitzicht. PiPi begon als eerste aan de afdaling van de 60 meter hoge waterval. Het was min of meer naar beneden klauteren over de glibberige rotsen waarbij je zelf het touw moest vasthouden. Gezekerd? Nee! Bijna beneden aan de waterval zagen we elkaar weer en was het tijd voor PiPi's laatste sprong: 10 meter. Manolo hield hem goed vast en dat was maar goed ook. PiPi gleed uit bij een poging houvast te zoeken en had de 10 meter zomaar over de rotsen naar beneden kunnen stuiteren. Onmiddellijk kroop de angst in zijn lichaam. Toen hij sprong moest er dan ook een gil uit. Hierna verlieten we de rivier en was het tijd om weer omhoog te klimmen. Het regende inmiddels en binnen de kortste keren waren we drijfnat. Niet alleen vanwege de regen maar ook vanwege het zweet door de hoge luchtvochtigheid in de jungle.
Kijk ten slotte mee hoe PiPi een waterval beklimt en kijk mee hoe het uitzicht op Manolo en naar beneden was bovenaan de 60 meter waterval.
PiPi en Pipelori
-
12 Oktober 2007 - 19:02
Ineke, Jaap & Kids:
Hallo waaghalzen,
Wat een prachtig verhaal weer! Staat wel charmant Mirjam die blubberpootjes en jij had ook wel een oogverblindend maskertje op Rinze!! Fijn dat jullie het nog steeds naar jullie zin hebben.
Knuf uit Culemborg XX -
12 Oktober 2007 - 21:02
Gerard En Diana:
Geweldig verslag!!!!
En wat een mooie foto's.
Veel plezier verder. -
15 Oktober 2007 - 09:38
Cor En Marij:
Hallo avonturiers,
Wat geweldig dat jullie zo lang kunnen genieten van alles. Alleen aan dat touw bungelen bij de waterval lijkt wat minder.!
Groetjes van Cor en Marij -
15 Oktober 2007 - 12:55
Marian:
Jemig wat een enge afdalingen zeg....
Groetjes vanuit het veilige Willemstad zonder watervallen, nouja alleen wanneer het hard regent hahaha
Veel cultureel plezier nog !!! -
12 Februari 2008 - 21:17
Natas, Tonny Amber:
Jeetje pipi wist niet dat jij zo'n tarzan was!! en pipelori volgens mij moeten jullie blijven reizen, ik denk dat al deze avonturen verslavend zijn.
Reis ze en ik blijf lezen vol bewondering
Liefs natasja tonny amber en jeffrey
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley